Handboek Taalkunde

Handboek Taalkunde

(2022)
Arina Banga, Petra Poelmans, Josefien Sweep, Véronique Verhagen (red)

Coutinho

ISBN 9789046904534

384 pp.

€ 44,50

Bij mijn weten is het al een tijd geleden dat er nog een (bijna) alles omvattend boek over taalkunde verscheen in het Nederlands. Er was uiteraard Inleiding Nederlandse taalkunde voor aankomende neerlandici intra en extra muros (2021), dat echter in eerste instantie geschreven werd met studenten Nederlands, niveau B2, aan de Universiteit van Oldenburg, Duitsland in het achterhoofd. Maar dat is het dan ook.

Nieuwe publicaties over specifieke taalkundige domeinen (fonologie, morfologie, semantiek …) komen wel nog met een grotere regelmaat op de markt. Een voorbeeld daarvan is Morfologie en syntaxis (2019) van Hans Smessaert et al. Specifiek over historische taalkunde verscheen in 2015 het Basisboek Historische taalkunde van Henk Bloemhoff en Nanne Streekstra. Een boek zoals Handboek Taalkunde dat alle domeinen, behalve orthografie dan, bestrijkt, is daarentegen eerder een witte raaf.

Handboek Taalkunde is het resultaat van een samenwerking tussen negen auteurs, geredigeerd door Dr. Arina Banga (Fontys Tilburg), Dr. Petra Poelmans (Hogeschool Rotterdam), Dr. Josefien Sweep (Hogeschool van Amsterdam) en Dr. Véronique Verhagen (Fontys Tilburg).

Hoofdstuk 1 tot 4 behandelen achtereenvolgens fonologie en fonetiek, morfologie, syntaxis en semantiek: de taal als systeem dus. In hoofdstuk 5, 6 en 7 gaat het over pragmatiek, psycholinguïstiek en taalverwerving. Taal als sociaal fenomeen komt aan bod in de sociolinguïstiek in hoofdstuk 8. In het slothoofdstuk ligt de focus op de historische ontwikkeling van het Nederlands vanuit het perspectief van Europese taalfamilies. De negen hoofdstukken staan in een taalkundig zeer logische volgorde, maar kunnen probleemloos ook in een willekeurige volgorde bestudeerd worden.

De hoofdstukken zijn volgens een vast stramien opgebouwd. Eerst kun je op een gekleurd vlak de leerdoelen van het hoofdstuk lezen. Structurerende aanvangszin daarbij is: ‘Na het bestuderen van dit hoofdstuk en het uitvoeren van de bijbehorende opdrachten …’ . Bijna altijd volgt dan ‘… ken je’, … weet je’, ‘… begrijp je’ en minder vaak ‘… kun je’. Het boek is in eerste lijn als cursus bedoeld en voornamelijk cognitief georiënteerd.

Aansluitend op de leerdoelen is er een bondige omschrijving van de leerstof die in het betreffende onderdeel behandeld wordt. Daarna komt de eigenlijke ‘leerstof’ duidelijk gestructureerd aan bod. Als voorbeeld nemen we hoofdstuk 2 over morfologie: inleiding - woorden en woordsoorten – geleed of ongeleed – drie veelvoorkomende manieren van woordvorming – allomorfen – andere woordvormingsprocessen – zelftoets en samenvatting. Elk hoofdstuk sluit af met een Verantwoording en verder lezen. Veel helderder en studievriendelijker kan een handboek niet zijn.

In elk hoofdstuk zijn de kernbegrippen in vet en met kleur gemarkeerd. Dat helpt bij het structureren en memoriseren. Ik vraag me wel af waarom die kernbegrippen niet ook in de samenvatting bij elk hoofdstuk met kleur gemarkeerd worden. Ik had dit een meerwaarde gevonden.

Verder komen per hoofdstuk verhelderende tabellen en grafische figuren voor, zijn er -eveneens op een gekleurd vlak - toelichtingen of tips die voor de gebruiker interessant zijn, hetzij als achtergrond of als didactische insteek in de les. Een paar voorbeelden daarvan: Morfologie gebruiken als woordstrategie – de traditie van schoolgrammatica bij het vak Nederlands – taal en taalvariëteiten in de klas …

Elk hoofdstuk is bovendien doorspekt met talrijke opdrachten. Het hoofdstuk over sociolinguïstiek bv. bevat niet minder dan 31 opdrachten, vaak heel praktisch gericht en meermaals appellerend aan de onderzoekcompetenties van de studenten.

Bij het boek hoort ook een website: met enkele tabellen uit het boek als handig te printen documenten en interessante links bij de hoofdstukken. Docenten en lerarenopleiders kunnen antwoordmodellen aanvragen bij de opdrachten en zelftoetsen uit het boek.

Handboek taalkunde sluit af met een uitvoerige bibliografie en een gedetailleerd register. Tevergeefs zocht ik in de bibliografie naar de taalboeken van prof. dr. Hans Smessaert,

Het is niet de eerste keer dat ik bij een Nederlandse uitgave vaststel dat Vlaamse publicaties nog vaak onbekend en onbemind zijn. Uiteraard kan dit het plezier niet bederven. Wel zou ik als uitgever bij een eventuele herdruk na afspraak met de auteurs een toevoeging in overweging durven te nemen.

Handboek taalkunde is zonder meer een ijzersterk boek, op een hoog niveau geschreven en intellectueel uitdagend, waarmee studenten lerarenopleiding Nederlands in Nederland en Vlaanderen ver kunnen komen. Ook voor leraren en docenten Nederlands in het secundair/voortgezet onderwijs is het boek meer dan de moeite waard, als opfrissing of verdieping. De plejade aan auteurs met een pak aan ervaring en expertise en ‘meelezers’ zoals Anneke Neijt – nog altijd heeft haar Universele taalkunde (1983) een ereplaats in mijn bibliotheek – Geert Booij, Harrie Mazeland, Dirk Geeraerts staan garant voor een hoogwaardige kwaliteit.

In het voorwoord stellen de redactieleden dat studenten vaak zeggen dat taalkunde ‘leuk, maar ook moeilijk is’. Wie dit boek bestudeert, zal dit misschien omkeren tot: ‘moeilijk, maar ook leuk.’

José Vandekerckhove


Deze bespreking is op 13 november 2022 ook gepubliceerd op neerlandistiek.nl